Het woord ‘trauma’ wordt steeds vaker gebruikt en er wordt veel gesproken over trauma en traumatherapie. Wat is trauma volgens onze experts? Pete Walker (auteur van Complexe PTSS) en Sandra Hintiger (auteur van De nervus vagus) leggen je in dit artikel uit wat trauma is en hoe het ontstaat.
Wat is trauma?
Het onderzoek rond trauma heeft in de afgelopen tientallen jaren grote vooruitgang geboekt, maar steeds weer is er onzekerheid over bepaalde kwesties. Heeft elke ziekte met een trauma te maken? Heb ik een trauma? Is het symptoom dat ik heb, mijn gedrag, het gevolg van een trauma? Om daar duidelijkheid over te krijgen, loont het om de relevante begrippen nader te bekijken. Dit kan helpen om voor jezelf of anderen te weten hoe je het moet plaatsen.
Het woord ‘trauma’ komt uit het Grieks, en betekent niets anders dan ‘verwonding’. Medische woordenboeken definiëren het begrip ongeveer als volgt: ‘trauma’ betekent ‘verwonding’, en daarmee ‘blootstelling aan fysiek of psychisch geweld’.
Hoe ontstaat een trauma?
Een trauma ontstaat wanneer bij iemand die wordt aangevallen of verlaten een vecht-of-vluchtreactie wordt geactiveerd die zo hevig is dat hij die reactie niet kan uitzetten als de dreiging eenmaal voorbij is. Zo komt hij klem te zitten in een toestand van adrenalinetoevloed. Zijn sympathisch zenuwstelsel blijft ‘aan’ staan, en hij kan niet omschakelen naar de ontspanningsfunctie van het parasympathisch zenuwstelsel. Met andere woorden: het lichaam is niet meer in staat is om stress te reguleren.
Dit gebeurt bijvoorbeeld bij een kind dat na schooltijd wordt aangevallen en verwond door een gewelddadige pestkop. Zo’n kind kan in een overmatig waakzame, angstige toestand blijven totdat er iemand actie onderneemt om hem ervan te verzekeren dat hij niet opnieuw slachtoffer zal worden, en hem helpt om de overactivatie van zijn zenuwstelsel los te laten.
Als een kind uit ervaring weet dat hij in elk geval bij een van zijn ouders terechtkan wanneer hij pijn heeft, bang is of hulp nodig heeft, zal hij dat aan zijn vader of moeder vertellen. Dan kan hij samen met zijn ouder rouwen om de tijdelijke vernietiging van zijn gevoel van veiligheid in de wereld, door erover te praten, dat wil zeggen: verbaal
te ventileren, erom te huilen en zijn woede erover te uiten.
Bovendien zullen ouders zo’n pestincident normaal gesproken melden bij de school van hun kind, en stappen ondernemen om te voorkomen dat het nog eens gebeurt, en in die situatie zal een kind vrij snel weer van zijn trauma verlost zijn en zich vanzelf weer kunnen ontspannen in de veiligheid van het functioneren van zijn parasympathisch zenuwstelsel. Als er niet al sprake is van cptss (complexe posttraumatische stoornis), kunnen ‘eenvoudige’ incidentele trauma’s dus vrij gemakkelijk vanzelf herstellen.
Als het pesten echter vaker gebeurt en een kind niet om hulp vraagt, of als zijn leefomgeving zo onveilig is dat zijn ouder machteloos staat en geen minimum aan veiligheid kan garanderen, kan er meer nodig zijn dan de troost van ouders om van een trauma af te komen. Als zo’n trauma niet voortdurend en te langdurig aanwezig is, kan een
kortdurende therapie volstaan, mits de onveiligheid van de omgeving effectief kan worden verholpen natuurlijk.
Wanneer het trauma echter steeds wordt herhaald en er geen hulp beschikbaar is, kan een kind zo verstijfd raken in dat trauma dat er symptomen van ‘eenvoudige’ ptss ontstaan. Datzelfde kan ook gebeuren bij mensen die langdurig in de traumatische situatie van een slagveld verkeren, of bij mensen die gevangenzitten in een sekte of een situatie van huiselijk geweld.
Als iemand daarnaast beschadigd is door doorlopende kindermishandeling of ernstige emotionele verlating en daardoor al cptss heeft, zal het nieuwe trauma veel ernstiger gevolgen hebben en de vorm aannemen van een ernstige emotionele flashback. Bij een kind dat wordt gepest geldt dat vooral als zijn ouder ook een pestkop is.
Traumastoornissen en het zenuwstelsel
Een trauma is dus een reactie van het zenuwstelsel, en daarmee dus een toestand van het zenuwstelsel. Ofwel een van de belangrijkste drie autonome toestanden: het systeem van vechten, vluchten of bevriezen. De externe
gebeurtenis wordt vaak zelf niet als trauma gekwalificeerd. Die gebeurtenis is slechts de trigger van de autonome reactie.
De reacties van het zenuwstelsel worden ‘traumastoornissen’ genoemd, waarvan een aantal als opzichzelfstaande diagnose vermeld, bijvoorbeeld ptss (posttraumatische stressstoornis), depressie, verschillende pijnaandoeningen, migraine, en nog een aantal. Deze diagnoses worden niet altijd gesteld in verband met trauma. Andere begrippen,
bijvoorbeeld burn-out, wachten er nog op om opgenomen te worden in dit register, zij het slechts als factoren die van invloed zijn op de gezondheid.
Bronnen: Complexe PTSS en De nervus vagus
Complexe PTSS
Wil je aan de slag gaan met jouw trauma’s om jouw codepentie en fawning te verminderen? Complexe PTSS is al jaren hét standaardwerk voor wie worstelt met jeugtrauma’s en de gevolgen daarvan. Deze uitgebreide en gebruiksvriendelijke zelfhulpgids is een stap op weg naar herstel van jeugdtrauma, vol praktisch toepasbare hulpmiddelen en technieken.
De nervus vagus, onze innerlijke therapeut
Trauma's verstoren de normale functies van je zenuwstelsel. Gelukkig kun je heel veel zelf doen om deze zenuw (en dus jezelf) te helen en jezelf weer te laten ontspannen. In De nervus vagus, onze innerlijke therapeut lees je alles hierover.
Lees verder:
Over jeugdtrauma: triggers nodigen jou uit om te helen
Fawning: verlies jij energie door jouw sociale overlevingsstrategie?
Leven of overleven: is jouw zenuwstelsel chronisch overprikkeld zonder dat je het door hebt?